The more your study the more you know

Journalist

The more your study the more you know

Brain memory

The more you know the more you forget


M.v.d.Nieuwenhuizen, onderzoekster rechtsgeschiedenis NY. 


Amsterdam 11 aug. 2022– Ik ben een echt fysieke lezer. Krabbel in de marge, vouw hoekjes om en het merendeel van mijn boeken bevat koffievlekken. Laatst zag ik een vlek van druppels op een bladzijde, een opgedroogde traan – om deze passage had ik dus ooit gehuild.

Volgens mij zijn er twee typen mensen: zij die eren wat heilig is, en lezers die ezelorens maken. Ik behoor tot die laatste categorie: ik ben een fysieke lezer. Krabbel in de marge, vouw hoekjes om en het merendeel van mijn boeken bevat koffievlekken. 

Op mijn zestiende had ik een mentor, een oud-leraar Nederlands die me hielp met literatuur op school bij hem thuis. We spraken veel over boeken en hij zei: een boek lezen is pas compleet als je een potlood bij je hebt. 

Als je woorden kunt onderstrepen, lees je actiever, denk je meer na, vond hij. Dat is er altijd in gebleven: niet lang geleden nog lag ik op het strand te krabbelen in mijn boek. 

Ik probeer het af en toe los te laten, als oefening in ontspanning, in accepteren dat er vergankelijkheid zit in wat je leest en je niet alles hóéft te onthouden.
Die vergankelijkheid, het vergeten, de vergeting van dat wat je tot je hebt genomen, vind ik soms angstaanjagend. 

Vorig jaar las ik de Kopenhagen-trilogie van Tove Ditlevsen.

De Kopenhagen-trilogie: jeugd; Jeugd; Dependency Paperback – 22 februari 2022
Engels editie Tove Ditlevsen (auteur), Tiina Nunnally (Vertaler), Michael Favala Goldman (Vertaler)4,4 van 5 sterren 568 beoordelingen.

Door The New York Times “een meesterwerk” genoemd, de veelgeprezen trilogie van Tove Ditlevsen, een pionier op het gebied van genre-buigende biechtschrift.

Tove Ditlevsen wordt tegenwoordig gevierd als een van de belangrijkste en meest unieke stemmen in de Deense literatuur van de twintigste eeuw, en The Copenhagen Trilogy (1969-71) is haar erkende meesterwerk. 

– Childhood vertelt het verhaal van de vastberaden vastberadenheid van een buitenbeentje om dichter te worden; 

– Youth beschrijft haar vroege ervaringen met seks, werk en onafhankelijkheid. 

– Dependency pakt het verhaal op terwijl de verteller het eerste van haar vier huwelijken aangaat en verder gaat met het beschrijven van haar afschuwelijke afdaling in drugsverslaving, mogelijk gemaakt door haar sinistere, verlichte arts-echtgenoot.

Zij worstelt met de verteller met de spanning tussen haar roeping als schrijver en haar concurrerende rollen als dochter, echtgenote, moeder en drugsverslaafde, en schrijft ze over vrouwelijke ervaring en identiteit op een manier die heel fris en relevant aanvoelt voor de hedendaagse discussies over feminisme. 

De trilogie van Ditlevsen is opmerkelijk vanwege de intensiteit en de meeslepende weergave van een wereld van complexe vrouwelijke vriendschappen, familie en opgroeien – in die zin is het Kopenhagens antwoord op de Napolitaanse romans van Elena Ferrante.  Haar trilogie is gebaseerd op haar eigen ervaringen, maar leest als de meest meeslepende fictie.


Ditlevsen, geboren in 1917 in een volksbuurt in Kopenhagen, werd beroemd om haar poëzie toen ze nog een tiener was, en schreef romans, verhalen en memoires voordat ze in 1976 zelfmoord pleegde. 

Tijdens haar leven werd ze ontslagen door het kritische establishment als vrouwelijke schrijfster uit de arbeidersklasse wordt ze nu herontdekt en verdedigd als een van de belangrijkste moderne auteurs van Denemarken, met ‘Tove-koorts’ die de lezers bij de keel rijpt.

Zo magisch: ik wilde voor altijd in die wereld blijven, voor altijd aan het voeteneind van deze vertelstem blijven zitten om te luisteren. En dan is het uit en verbreekt er iets. 

Ik dacht toen terug aan een metafoor van de Franse schrijver Émile Zola: wat je hebt gelezen vormt een soort hummus van vergane bladeren op de grond, waarin je niets meer herkennen kunt, geen individuele componenten, geen specifieke boeken. Maar die bospulp vormt óók vruchtbare grond: je borduurt erop voort.

Voor mijn PhD moet ik notoir veel lezen. 

In januari heb ik een mondeling examen van vier uur waarin ik 150 tot 200 boeken bespreek met vier hoogleraren. 

Ja, dat is heftifg. 

M. v.d.Nieuwenhuizen

Maar ik vind het ook mooi: dít is literatuur in dialoog. Het leuke aan promoveren is dat je zo helemaal in je ziel raakt in de materie dat je het gesprek erin gaat herkennen, in plaats van boeken te zien als losstaande vertellingen.

Nu ik zelf schrijf, parasiteert dat wel op mijn leeservaring. Je kijkt toch wat je kunt gebruiken in je eigen boek. 

Een mooie combinatie hiervan vond ik in De oorlog heeft geen vrouwengezicht van Svetlana Alexijevitsj, een oral history die de rol van vrouwen tijdens de Tweede Wereldoorlog onderzoekt. 

Het sovjetnarratief was altijd: dat waren huisvrouwen die wachtten tot hun mannen terugkwamen van het front, maar dit boek laat zien dat ze juist ontzettend sterk waren in tijden van chaos, crisis en bederf. Er waren vrouwen die hun hoofd kaalschoren om als man te kunnen gaan vechten. Van dit boek leerde ik echt hoe je herinneringen optekent, aan waarheidsbevinding doet. Het is het mooiste dat ik afgelopen jaar las.
Ook een aanrader vind ik The Right to Sex van Amia Srinivasan, een filosoof die machtsdynamieken binnen gender en seksualiteit onderzoekt. Zo wijt ze een heel essay aan de vraag of er een gelijkwaardige relatie kan bestaan tussen docent en leerling. Spoiler alert: nee. Maar ik vind het altijd mooi als boeken grijze gebieden onderzoeken. 

Nog zo’n voorbeeld: het essay Scenes from an Open Marriage, dat onlangs verscheen in The Paris Review. 

De schrijfster reflecteert daarin op het openstellen van haar huwelijk en wat dat deed met de band tussen haar en haar man: nu en dan versterkt, dan weer erodeerde het.
Ik houd ook van voorgelezen worden – dat is toch een beetje als teruggaan naar de moederschoot. In New York doet mijn goede vriend David dat regelmatig. Hij is 67, filosoof en ik ken hem van Columbia University, waar een klein cafeetje vlakbij zit – The Hungarian Pastry Shop heet het – waar de hele dag door studenten, PhD’ers en hoogleraren bovenop elkaar gepropt zitten te werken. 

Ze praten dus de hele tijd over wat ze nu lezen. Inderdaad: de literatuur in dialoog.’



M.v.d.Nieuwenhuizen (1991) onderzoekster rechtsgeschiedenis NY. 

LET’S KEEP IN TOUCH!

The stories on antonfoek seem to delight the producers, readers and writers alike.
Presumably appealing to their diverse interests as a reflection of life itself.
I have had the privilege of looking after and reading several issues times and times over again. And on each occasion I have been struck by the breadth and unexpectedness of the topics that get pitched.
Somehow, they all fall in together to make a satisfying whole, leaving us readers behind with a hunger for more.

We don’t spam! Read our privacy policy for more info.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *